(uit: maak water)
De taal der liefde
is een stervende. Gemompel
in een gloeiend oor.
Por op de as, blaas het vuur aan waaruit opstaat
de brandende vogel,
om te branden. Zijn broeinest is dit oude land,
zijn dood zijn wij. Handen hoog,
voeten diep in de zuigende modder,
wij ontvangen de zegen dankbaar. Opdat er uit ons verrijze.
|